Honour en Fleming schrijven het volgende, zij beginnen met een mooi bruggetje:
…en in de beheerste vrolijkheid van Bridget Rileys opart.(21.16)Het zijn dicht verweven aspecten die zijn ontleend aan alle terreinen van de visuele ervaring. De maker van het werk is zich bewust van het belang dat in de geschiedenis van de kunst wordt gehecht aan de specifieke formele technieken en kleuren die in de compositie worden gebruikt, maar laat zich niet imponerende die geschiedenis. Hij weet waar het vandaan komt, en weet en weet ook dat die kennis alleen nuttig is als het het een expressieve connectie met ander werk elders vergemakkelijkt.
(p.933)
De wens om connecties te leggen is ook goed merkbaar in het werk van Ai Weiwei (geb.1959). Ai bezocht de filmacademie in Beijing samen met Chen Kaige en Zhan Yimou, en hij maakte in de late jaren ’70 ook deel uit van de controversiële Stars group. Ze kozen die naam omdat, in de woorden van medelid Ma Deshing, elke kunstenaar een ster is. Vanuit kosmisch standpunt gezien zijn zelfs de grote kunstenaars sterren.
We noemen onze groep ‘The Stars’ om onze individualiteit te benadrukken. Die was gericht op tegen de saaie uniformiteit van de Culturele revolutie.” Ai vertrok uit Beijing en verbleef twaalf jaar in de verenigde staten. Sinds hij in in 1993 naar China is terug gekeerd, is hij werkzaam als kunstenaar en curator, maar ook als elektronisch ontwerper. In die laatste rol werkte hij samen met Hertzog en de Meuron voor het ontwerp van het van het grote stadion in Beijing.
Met zijn kenmerkende gebrek voor ontzag voor institutionele en politieke hiërarchieën zei hij later zijn medewerking aan het project op. In zijn werk houdt hij zich nu bezig met het huidige China dat ‘een landschap van [is] dat op een toekomst wacht’. Het gebied waarop op dit moment in Beijing wordt gebouwd, zo’n 100 miljoen vierkante meter, is even groot als de omgang van de hele stad ten tijde van de revolutie in 1949., en elk jaar wordt eenderdedeel van dit gebied voltooid. De verandering gaat sneller dan ooit is vertoond, en de vernietiging van oude zaken is zonder precedent. (Een precedent is een gebeurtenis waarop men zich kan beroepen als een nieuw dergelijk geval zich voordoet om er hetzelfde gevolg aan te geven.) In een poging om individuele en persoonlijke verbanden tussen dit China en de rest van de wereld te leggen, ontwierp Ai Weiwei Fairytale als zijn bijdrage aan de hoge documenta in 2007.
Door te adverteren voor vrijwilligers verzamelde hij een groep van 1001 Chinese deelnemers die in grote meerderheid nog nooit in het buitenland waren geweest, en organiseerde een reis naar Kassel voor hen.
Ze maakten de reis in verschillende groepen in de loop van een maand en logeerde in een oude textielfabriek die volgens Ais specificaties in een soort jeugdherberg was veranderd.De grote ruimte was onderverdeeld in in kleine slaapkamers door het ophangen van witte lakens, en de bedden waren opgemaakt met stoffen die door Ai Weiwei zijn ontworpen. Ook de meubels en het serviesgoed werd door hem ontworpen.
De bezoekers voorzien van camera’s en recorders, hondenhun indrukken registreren terwijl zij de stad verkenden. De aanwezigheid van de groep dei daar heel duidelijk op eigen gelegenheid was, symboliseerde ook het toenemende economische en artistiek belang van China. Hoe die invloed moest worden onderkend en ingepast, werd aan elke afzonderlijke deelnemer overgelaten.
Het was vanzelfsprekend dat de beeldende zich opstapelden zowel elementen van fantasie als van werkelijkheid zouden bevatten te meer omdat alles plaats vond om de plek waar de gebroeders Grimm hun sprookjes schreven en hun taalkundig onderzoek verrichten.
Behalve het bezoek van de 1001 Chinezen bracht Ai, die een bevlogen verzamelaar is van antieke objecten, 1001 stoelen mee uit de Qing-dynastie(1644-1911)die hij had gevonden en gerestaureerd. Die plaatste hij in kleine groepjes rondom de tentoonstellingsruimtes als een open uitnodiging aan alle bezoekers om erop plaats te nemen om uit te rusten en met anderen te praten, en vergrootte daarmee de mogelijkheid om connecties te leggen tussen alle mogelijke mensen van over de hele wereld.(p.934)
-De wens om functionaliteit, technologische vooruitgang, en sociaal engagement te verenigen met visuele helderheid en schoonheid- wordt opnieuw in stelling gebracht binnen de totaal verschillende huidige context.
Kunnen deze ideeën nog relevant zijn nu de avant-garde waarmee ze oorspronkelijk verbonden waren allang is verdwenen?(p.935)
Honour,H., Fleming, J.,(2013) Algemene Kunstgeschiedenis, Amsterdam, Meulenhoff.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten